Steeds vaker merk ik desillusie onder mijn vakgenoten, de informatici. Een recent opinieartikel in MIT Technology Review vatte het sentiment goed samen. Shannon Vallor, professor in de ethiek van data en kunstmatige intelligentie, beschreef hierin dat zij de nieuwste tech-ontwikkelingen met een knoop in haar maag volgt terwijl zij vroeger juist enthousiast werd van tech. Wie mijn columns met enige regelmaat leest, zal het niet verbazen dat ook ik dit gevoel heb. We stevenen af op een echte tech-crisis.
Toen ik het artikel van Vallor op social media deelde, reageerde Birna van Riemsdijk, universitair hoofddocent in Twente op het gebied van de informatica, als volgt: “Het was een vreemde ervaring om informatica te studeren in de jaren ’90 toen het onderwerp niet cool was. Het werd het nieuwe coole ding waar men naar opkeek in de jaren ’00. En toen, ergens in de jaren ’10, werden we als de bankiers die de samenleving kapot hebben gemaakt.”
Ik moest gelijk denken aan een toevallige ontmoeting die ik eerder dit jaar had op een techfestival. Daar kwam ik een klasgenoot van de middelbare school tegen, met wie ik later ook informatica studeerde aan de TU Delft. Wij hadden elkaar al jaren niet meer gesproken en hij bleek, net zoals ik, inmiddels vader te zijn van jonge kinderen.
Al gauw ging ons gesprek over onze pogingen om de invloed van tech op onze kinderen buiten de deur te houden, iets wat wij allebei een stuk serieuzer lijken te nemen dan de niet-informatici om ons heen. Kunt u zich voorstellen dat twee muzikanten, op een muziekbeurs, met elkaar bespreken hoe zij de invloed van muziek op hun kinderen beperken? Blijkbaar geloven zowel mijn oud-klasgenoot als ik, beiden informatici, dat hedendaagse tech dusdanig schadelijk is dat wij onze kinderen er maar weinig bloot aan moeten stellen.
Hiermee wil ik zeker niet zeggen dat alle informatici teleurgesteld zijn in hoe ons vakgebied zich ontwikkeld heeft. Homo informaticus, die ik eerder in Trouw omschreef als de informaticus die “de maatschappelijke impact en ethische implicaties van de systemen die zij ontwikkelen als slap geouwehoer ziet waar ‘échte bèta’s’ zich niet mee bezig moeten houden”, bestaat wel degelijk.
Als informatici inderdaad ‘als de nieuwe bankiers’ zijn zoals Van Riemsdijk opmerkte, dan komt dat door homo informaticus. Homo informaticus is namelijk de persoon die technologische innovatie verwart met maatschappelijke vooruitgang, maar de samenleving door die manier van denken juist ontmenselijkt.
Toch denkt Van Riemsdijk dat wij het tij nog kunnen keren. Zij schreef: “Ik ben nog steeds hoopvol, mits wij tot een visie voor technologie kunnen komen die gebaseerd is op een visie voor de samenleving die wij willen hebben”. Van Riemsdijk heeft gelijk in de zin dat het echte maatschappelijke vooruitgang zou zijn als wij een eind maken aan het gedachtegoed waarin technologie leidend is en de samenleving volgt.
Maar hoe? Is een samenleving die zich niet eens fatsoenlijk weet te mobiliseren in de klimaatcrisis, wel in staat om een tech-crisis te voorkomen? Ik durf er mijn hand niet voor in het vuur te steken, maar zou het graag zien gebeuren. Van technologie die de samenleving dient, word ik namelijk wél enthousiast.
Ilyaz Nasrullah is consulent digitale strategie. Hij schrijft om de week een column voor Trouw. Lees ze hier terug.
Juist ik hou tech ver bij mijn kinderen vandaan
Steeds vaker merk ik desillusie onder mijn vakgenoten, de informatici. Een recent opinieartikel in MIT Technology Review vatte het sentiment goed samen. Shannon Vallor, professor in de ethiek van data en kunstmatige intelligentie, beschreef hierin dat zij de nieuwste tech-ontwikkelingen met een knoop in haar maag volgt terwijl zij vroeger juist enthousiast werd van tech. Wie mijn columns met enige regelmaat leest, zal het niet verbazen dat ook ik dit gevoel heb. We stevenen af op een echte tech-crisis.
Toen ik het artikel van Vallor op social media deelde, reageerde Birna van Riemsdijk, universitair hoofddocent in Twente op het gebied van de informatica, als volgt: “Het was een vreemde ervaring om informatica te studeren in de jaren ’90 toen het onderwerp niet cool was. Het werd het nieuwe coole ding waar men naar opkeek in de jaren ’00.........
© Trouw
visit website