Ter gelegenheid van Holocaust Herdenkingsdag citeerde ik hier vorige week een gedicht van Dan Pagis, geboren in 1930 in Roemenië, overlevende van een nazi-concentratiekamp, gestorven in Jeruzalem in 1986. Het was een onaf gedicht, getiteld Potloodkrabbel in een afgesloten goederenwagon. Ik vertelde het zelf in gedachten te hebben afgemaakt en voegde eraan toe dat het nu de beurt was aan de lezer. Vervolgens ontving ik dichtregels van verschillende lezers, daarom schrijf ik er nog een keer over, anders zou ook deze gedachtenwisseling onaf voelen.
Ter herinnering, het korte gedicht van Pagis luidde als volgt: Hier in dit transport/ Ben ik Eva/ Met mijn zoon Abel/ Als je mijn oudste zoon ziet/ Kaïn, zoon van Adam,/ Zeg hem dan dat ik
Deze regels kunnen van alles oproepen, om te beginnen al de vraag of ze überhaupt wel bedoeld zijn om afgerond te worden. Toen ik David Grossman, de Israëlische schrijver, dit najaar vroeg wat er in hem opkwam na Pagis’ laatste zin, gaf hij geen antwoord. “Het gedicht is wat het is”, zei hij. Veel eerder al, in 2000, schreef hij dat ‘onzegbaar zal blijven’ wat er in de Holocaust gebeurde en verwees hij naar deze tekst. “Het is als de stille, ontbrekende regel aan het eind van het gedicht van Dan Pagis.”
Het doet me denken aan wat een vriend ooit zei over de vernietigingskampen die de Duitsers overal achterlieten; je moet die onaangeroerd laten, vond hij, het zijn dodenakkers, onbegaanbare plekken van massamoord. Er valt veel voor te zeggen, en toch geeft voor mij iets anders de doorslag: dat we van plaatsen van vernietiging plaatsen van herinnering kunnen maken, en zo de doden eren. Net zoals dat kan door na te denken over een onaf gedicht. Yad Vashem, het Holocaust-herdenkingscentrum in Jeruzalem, behandelt de tekst van Pagis onder het hoofdstuk ‘educatie’ en suggereert dat het open einde een uitgelezen kans is voor een goed gesprek in de schoolklas.
Wat stuurden lezers mij als hun eigen dichtregels? Wat is volgens hen de boodschap die Eva aan Kaïn zou willen overbrengen? Dat ik nog steeds zijn moeder ben, schreef iemand. Of: Dat ik op hem blijf hopen. Een ander opperde: Dat ik niet nog een zoon wil verliezen. Een volgende schreef: Dat we druppels zijn, verbonden in een oceaan van liefde. En tenslotte was er iemand die de tekst veel langer maakte, ik citeer slechts gedeeltelijk: Zeg hem niet te wachten/ Maar weg te gaan/ Laat hem in Godsnaam weggaan/ Misschien wel voor altijd.
En wat dacht ikzelf dat Eva haar zoon had willen zeggen? Dat ik weet wat hij doet/ Terwijl ook hij/ Werd liefgehad. Eva is de moeder van de mensheid, en zij heeft haar beide zonen gevoed, grootgebracht, liefgehad. Toch is de één een moordenaar geworden, de ander zijn slachtoffer. Dit herhaalt zich overal en altijd waar de ene mens de andere van het leven berooft, of diens leven vernielt, om vervolgens quasi-onschuldig te vragen: ‘Ben ik mijn broeders hoeder?’
Kaïn behoorde niet tot een andere soort, niet tot een ander volk, niet tot een andere familie, zelfs niet tot een ander gezin. Het kwaad komt niet van buiten, het is ons niet vreemd.
Drie keer per week schrijft Stevo Akkerman een column waarin hij de ‘keiharde nuance’ en het ‘onverbiddelijke enerzijds-anderzijds’ preekt. Lees ze hier terug.
Het kwaad komt niet van buiten
Ter gelegenheid van Holocaust Herdenkingsdag citeerde ik hier vorige week een gedicht van Dan Pagis, geboren in 1930 in Roemenië, overlevende van een nazi-concentratiekamp, gestorven in Jeruzalem in 1986. Het was een onaf gedicht, getiteld Potloodkrabbel in een afgesloten goederenwagon. Ik vertelde het zelf in gedachten te hebben afgemaakt en voegde eraan toe dat het nu de beurt was aan de lezer. Vervolgens ontving ik dichtregels van verschillende lezers, daarom schrijf ik er nog een keer over, anders zou ook deze gedachtenwisseling onaf voelen.
Ter herinnering, het korte gedicht van Pagis luidde als volgt: Hier in dit transport/ Ben ik Eva/ Met mijn zoon Abel/ Als je mijn oudste zoon ziet/ Kaïn, zoon van Adam,/ Zeg hem dan dat ik
Deze regels kunnen van alles oproepen, om te beginnen al de vraag of ze........
© Trouw
visit website